Het is voor Jelle, Piet en Ans Bakker een jaarlijks terugkerend festijn: de Vierdaags van Nijmegen. Dit jaar loopt Jelle voor de tiende keer de vier keer vijftig kilometer. Onderweg wordt hij aangemoedigd door zijn ouders, die ergens langs de kant van de weg staan.

Piet: “Elke dag nestelen we ons op een rustige en gezellige plek langs de kant van het parkoers om Jelle te zien. Nijmegen doen we nooit aan, omdat het daar veel te druk is voor Ans. Soms staan we er al drie tot vier uur van tevoren. Die uren zijn met al die wandelaars zo voorbij. Het is een pracht om dat te zien. Jelle stopt bij ons, niet te lang, want je verstijft snel. Het is even een kort gesprek en een knuffel. ’s Avonds zien wij hem niet, omdat hij elders slaapt.” Dit jaar loopt het minder goed af, want zij gaan al voortijdig naar huis, na een ongeval, waarbij Ans een behoorlijke beenwond oploopt.

De hoofdrol is uiteraard weggelegd voor Jelle. Voor Jelle begint het allemaal op maandag bij de inschrijving. Dinsdag is de start van de Vierdaagse. De eerste dag, de dag van Elst, gaat door de Betuwe. Jelle: “De start was chaotisch, omdat studenten de weg blokkeerden. Zij werden door de politie weggestuurd. De ochtend verliep soepel en in het ochtendgloren passeerde ik al de Waalbrug. Vervolgens over de dijk naar Oosterhout, waar al een fanfare stond te spelen. De felle zon was verblindend, zodat ik al snel de pet op had. De weg naar Elst was met heel veel toeschouwers een gezellig stuk. Daarna de extra lus naar Elden en Huissen. Onderweg veel livemuziek, van blaaskapellen tot dj’s met grote boxen.”

Dag twee, de dag van Wijchen, gaat door de weilanden. “Het eerste stuk was saai, maar bij Alverna en Wijchen kwam de sfeer er goed in. Via de beruchte lus van Balgoij en Niftrik weer terug naar Wijchen, waar het inmiddels een groot feest was geworden.

Daarna koers naar Beuningen, waar mijn ouders mij stonden aan te moedigen. Via Weurt naar de Roze Woensdag in Nijmegen, wat een echt roze spektakel was. Op Wedren liet ik wel een paar blaren behandelen.”

Dag drie, de dag van Groesbeek, gaat via de heuvels en wordt de Koninginne-etappe genoemd. “Ik begon de dag moeizaam, maar op een gegeven moment had ik mijn tempo weer om met een gerust hart koers te zetten naar de heuvels. De 50-kilometerlopers maken een lus naar Gennep, waar het een groot feest was. Dat geeft wandelaars wel moed. Na Groesbeek, waar het een groot gekkenhuis, de glooiende weg van de zeven heuvelen.”

Dag vier, de dag van Cuijk, via vennen en over de Maas. “De finaledag. Over de vennen hing een mist en bood een geweldige zonsopkomst. In Overasselt liet ik een blaar doorprikken. Extra lussen via Grave, Beers en Vianen. In Vianen werden frikadellen uitgedeeld. In Cuijk was het een enorm festijn met grote orkesten en fanfares. Daar waren ook enorm veel mensen. Vandaar is het doel gericht op het eindpunt: Via Gladiola. Ik liep nog steeds fluitend rond en had nauwelijks pijn en blaren. Achter een groot muziekkorps van doedelzakken en trommelaars kom ik op het laatste stuk. Via het zijpad kon ik hen voorbij en had ik de hele Via Gladiola voor mezelf, omdat het muziekkorps veel langzamer liep. Er ontstond een gat in het legioen van wandelaars. En dan de laatste bocht, naar de finish en om 14.40 uur kwam ik binnen. Ik had mijn gouden kruis.”

Afgelopen zondag: “Een mooie week. Elke dag om 03.00 uur uit bed om een uur later te kunnen stappen. Voor mij dus geen feestgedruis, juist wanneer dit afgelopen is, gaan veel wandelaars niet in maar uit het bed. Ik verbleef in een gastgezin, bij mensen die dit aan wandelaars aanbieden. Ik maakte deel uit van de groep van 4fun, maar liep wel alleen. Dan kan ik zelf mijn tempo bepalen. Ik maakte wel gebruik van hun verzorgingsposten. Hoe het met mijn voeten is? Wel goed, ik heb nog drie blaren en herstel goed. Ik heb nog wel een paar doelen. Ik zou graag een keer de Kilimanjaro willen bewandelen.”

Gerard Bot.

Vorig artikelBREAKING NEWS: Kermis Wervershoof opent attracties al op zaterdag om 19.00 uur
Volgend artikelDeze week weer repaircafé