Het woord “orgel” roept bij veel mensen een idee op van sombere zware klanken, die je met een uitgestreken gezicht moet uitzitten. Misschien is er een periode geweest, dat dit inderdaad zo was. Maar het is geen beeld dat klopt in onze tijd. En ook veel langer geleden klopte dat beeld niet.

In de zestiende en zeventiende eeuw waren de orgels eigendom van de stad. De organist was in dienst van het stadsbestuur en moest op geregelde tijden het orgel bespelen. Er is zelfs een tijd geweest, dat dat de enige gelegenheden waren waarop het orgel werd bespeeld. Tijdens de kerkdiensten werd het orgel niet gebruikt!

 

Radio, tv, cd’s en mp3 spelers, dat alles bestond nog niet. De enige muziek die klonk was life muziek. Op allerlei instrumenten, op allerlei plaatsen werd gemusiceerd. Ook in de kerk, daar waren de klanken het meest gevarieerd. Daar was de muziek zo nu en dan ook luider dan waar dan ook. Een verzameling van vele honderden pijpen, van metaal of hout, van een paar centimeter tot een aantal meters lang, werd via een ingenieus mechaniek en met enorme blaasbalgen tot klinken gebracht door de organist. Hij kreeg van het stadsbestuur opdracht te spelen “Ter Leeringh ende Vermaeck”.

Daarvoor moest hij alle klanken aanwenden die het orgel kon voortbrengen, dat waren er nogal wat. Zo’n orgel bevatte ook een aantal imitaties van blaasinstrumenten, zoals trompet, fluit, regaal en cornet. Met die klanken sloot zo’n stadsorganist aan bij de klanken die elders in de stad klonken. Ook zijn muziek ontleende hij daar vaak aan. Veel van die muziek werd dan ook geïmproviseerd, dat wil zeggen dat die muziek ontstond tijdens het spelen. Er stond niets van op papier!

Anno 2023 is er slechts op enkele plaatsen in ons land nog een organist in dienst van de stad. Maar veel van de orgels, die de stadsorganisten bespeelden, zijn er nog. Zo ook in Medemblik. Daar staat een orgel uit 1671, gebouwd door Pieter Backer. Dat orgel is een paar jaar geleden helemaal gerestaureerd en de term “stoffig” past daar noch letterlijk noch figuurlijk bij. 

Meestal is de organist verstopt boven bij het orgel en is hij onzichtbaar voor het publiek. Met ingang van dit seizoen worden zijn verrichtingen op een groot videoscherm in de kerk vertoond. Het zien van het bespelen van de drie klavieren, het pedaal en het bedienen van de registers kan voor het publiek van toegevoegde waarde zijn. De aanschaf van de video-installatie werd mede mogelijk gemaakt door financiële bijdragen van  Google en Windpark Wieringermeer. 

De Stichting Pieter Backer Orgel organiseert ook dit jaar weer een serie concerten op dit orgel. Op alle vijf zaterdagen in juli wordt er om 16.00 u. een concert gegeven. Als deel van hun studie concerteren dan studenten van het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. De Stichting Pieter Backer Orgel  biedt daarmee aan de jonge organisten een podium. Tijdens een aantal concerten zal worden geïmproviseerd, muziek, nooit eerder gehoord.

Altijd spannend, want je weet nooit van tevoren wat er gaat klinken.  

Nieuwsgierig? Kom dan eens naar zo’n concert in de Bonifaciuskerk. Er is geen financiële drempel, de toegang is gratis! Vond u het mooi, dan kunt u een bijdrage doen aan de collecte bij de uitgang.

Vorig artikelZomeractiviteiten 2023 voor senioren in de gemeente Medemblik
Volgend artikelPak jij de handschoen op voor meer groen in de tuin?