Op de flipover staan tegenstellingen met de overtreffende trap. Groot, groter grootst tegen klein kleiner kleinst. Het oplezen gaat goed, maar het woord tegenovergestelde is wel iets waar een anderstalige wat moeite mee heeft. Uw correspondent maakt een les mee van Tineke Kaat, elke dinsdag doet zij dat in De Schoof aan anderstalige dorpsgenoten.

Tineke (70) woont sinds een paar jaar weer in Wervershoof. In de jaren zeventig zat zij hier in het kleuteronderwijs. Nu zij meer tijd heeft vindt Tineke dat zij iets met mensen moet doen, met de behoefte om mensen iets te leren. Zij komt als vrijwilligster terecht bij de afdeling Taalhuis van Vrijwilligerspunt en geeft Nederlandse les aan anderstaligen. “Het is ontzettend leuk werk om te doen. Ik doe dit al enkele jaren in Enkhuizen. Die groep bestaat uit elf mensen, dus dat loopt goed. Hier verloopt het wat stroever. Ik heb nog enkele plaatsen over voor hen, die beter Nederlands willen leren. Verder is het onder de mensen zijn voor de anderstaligen ook een pluspunt, je kunt met andere mensen contacten onderhouden. Er is wel animo, maar mensen zitten vaak met werk en kinderen.

Elke dinsdag ben ik hier van 10.00 uur tot 11.30. Ik doe alles zoveel mogelijk in het Nederlands.” Dat Nederlands spreken valt nog niet mee, af en toe zijn er vraagtekens. Maar men komt er wel uit, al is het af en toe met horten en stoten.

Tibor is een van hen. “Ik woon in Onderdijk. Ik kom uit Hongarije en vond hier werk bij Vlees du bois. Het is hier erg leuk, maar de Nederlandse taal is wel moeilijk. Het is mooi, dat ik het op deze manier beter kan leren.” Het mag dan wel moeilijk voor hem zijn, maar hij kon dit toch maar mooi in het Nederlands vertellen, dankzij de inbreng van het vrijwillige werk van Tineke. De conversatielessen zijn gratis te volgen.

Heb je hiervoor belangstelling of ken je iemand die hieraan wil meedoen, mail dan met Vrijwilligerspunt, taalhuis@vrijwilligerspunt.com.

Enige tijd geleden stond in de Binding een artikel over het Taalcafé. Dat is iets anders dan de lessen van Tineke. In het Taalcafé zijn anderstaligen met elkaar in gesprek, in het Nederlands. Dat gaat over de dingen van de dag en is men al wat beter in de taal, die zij zo moeilijk vinden.
Tineke doet dit dus vrijwillig en doet dat vanuit Vrijwilligerspunt West-Friesland. Mariska Woudenberg is coördinator van de afdeling Taalhuis.

“Vrijwilligerspunt is een organisatie van en voor vrijwilligers op velerlei gebied. Vrijwilligers kunnen zich aanmelden bij onze organisatie. Je kunt je inschrijven voor bestaande activiteiten, maar je kunt je ook inschrijven voor iets wat je graag wilt gaan doen, met en voor anderen. Het Taalhuis is een van onze activiteiten en is een aanpak voor laaggeletterdheid in onze regio. Wij geven conversatielessen voor spreekvaardigheid, maar ook echt les voor anderstaligen, die al een beetje wegwijs zijn in het Nederlands. Je moet je al een beetje verstaanbaar kunnen maken. Wij adviseren anderstaligen eerst eenvoudig Nederlands te leren op het ROC.”
Er zijn veel mogelijkheden om iets te doen via Vrijwilligerspunt. Op hun website staan tal van mogelijkheden, surf maar eens naar www.vrijwilligerspunt.com.

Gerard Bot

Vorig artikelTamworth Hoeve Wervershoof ontvangt vijfsterrenkwalificatie
Volgend artikelJuf Annemiek van peuterspeelgroep Pippeloentje 15 jaar in dienst