Pé Brinkman is 89. Hij woont in het Sint Jozef maar neemt me met groot gemak mee terug naar zijn leven aan de Driehuizen waar hij is geboren en altijd is blijven wonen. De kermissen waren belangrijk in zijn jonge jaren, veel feesten waren er niet dus net als velen met hem, keek hij vol verwachting uit naar deze mooie dagen in augustus. Wij kijken met hem mee.
Dansen op de klanken van Duo Kok in de voorzaal van ’t Fortuin en het kwartet met Wietse de Boer in de achterzaal. Eerst nog met de heer Grooteman als kastelein en daarna Niek Bot. Biertjes drinken aan de bar van Café de Roos. Pé denkt hardop en neemt ons mee terug naar zijn kermisbelevenissen. Samen met zijn vrienden Sjaak Dekker en Cor Meester ging hij vier dagen op pad.
Dansen en scharrelen
‘Ik was de danser, kon dat heel goed. Ook Rock ’n roll en Hill Billy. Dat gaf me een voorsprong. Meisjes zaten toen in de cafés vaak in de rondte langs de kant en dan had je ze voor het uitzoeken. Ik danste graag met Liesbeth Beemsterboer en scharrelde met Corry Zwan. Ja, ik was wel een liefhebber.’
Schommelen en eerste deuntjes
Zijn ogen glimmen als hij zichzelf terugziet op de dansvloer. Na het harde werken was de beloning groot. Zijn ouders hadden een tuinderij aan de Driehuizen. Als jongste van het gezin ging hij met zijn drie zussen en vier broers naar de kermis. De schommeleschuit was favoriet. Hij was een jaar of 17 toen de kroegkermis voor hem begon.
‘s Ochtends sneed Pé de bloemkool, daarna ging hij te kermis. Op wat latere leeftijd ging hij om 10.00 uur al te Eerste Deunen. Om 13.00 uur at hij thuis. Zijn moeder kookte altijd verantwoord; piepers en groenten. Hij nam vaak mensen mee. Na het eten keerden ze, voorzien van een stevige bodem, weer terug naar de kermis.
Verborgen geschiedenis
‘Ik hield van de meisjes, maar het meeste van een meisje dat ik tijdens de kermis ontmoette. Ik was 28 of 29.’ Pé is even stil. Hij is nooit getrouwd en altijd alleen gebleven, maar het is duidelijk dat deze dame een speciaal plekje in zijn hart heeft. Zij werd jong weduwe en bleef met vier kleine kinderen achter. Pé werd verliefd op haar en samen kregen ze een zoon. De achterban raadde het Pé af om zich over het jonge gezin te ontfermen. Het precieze verhaal blijft achter zijn glimmende ogen verborgen. Verscholen achter de herinneringen aan kermis, maar het is voelbaar dat hij het graag anders had gezien.
Eddy Christiani
Pé werd ook tuinder en bleef wonen op de Driehuizen. Hij ging nog vaak te dansen, ook op bruiloften en partijen gingen zijn voetjes van de vloer. Zijn favoriete muziek? Eddy Christiani! De eerste elektrische gitarist van Nederland. U kunt hem kennen van de nummers ‘Daar bij de waterkant’, ‘Hoe je heette dat ben ik vergeten’ en ‘Spring maar achterop’. Zeer dansbare muziek. Later werd het dansen wat minder en ging hij bij de fanfare. Ook daar had hij plezier in.
Oliebollen en spelletjes
Twee jaar geleden kwam Pé in het Sint Jozef terecht. Kort daarvoor verbleef hij een paar maanden in een hospice, maar hij is nog niet van plan om onze aardbol te verlaten. ‘Beste tent hier hoor. Mijn zus Janny woont hier ook. Met kermis wandelen mijn oomzeggers met ons langs de route en laat ik oliebollen halen. Ook doen we spelletjes in de zaal. Best gezellig, maar ik geef niks meer om ’n borreltje. Het smaakt me niet meer. Geeft niks want ik heb er toch veel opgedronken! Ja natuurlijk, ook met kermis. Dan ging ik zelf ook wel eens mee om ergens te eten, zeiden ze: “Je scheppe maar op hoor”. Dan zei ik:”Nee, ik neem wel een pilsie”’
Kermistip van Pé:
Op tijd eten!