Het moet nog kermis Wervershoof worden als ik om tafel zit met Kees Grent, Tim van Velzen en Alex Mol. Een deel Van de Dou. Frank Bakker (de Nozem), Harm Steltenpool (de toetsenman) en de Douettes huizen elders. Maar op vrijdag 8 september staan ze samen op het podium in Onderdijk. Om 25 jaar extreem slechte hits te vieren van de slechtste band in de regio: Dou Grend ünd Von Velsen en de Nozem.

25 jaar ruk en 25 jaar feest, dat vat het wel zo’n beetje samen. Maar dat is wel erg kort door de bocht. Die jaren zitten stampvol herinneringen. Tijd om ze op te halen. Ik schuif aan voor koffie met koek. Waar zullen we beginnen? Bij het begin.

Muzikaal koeschijten
Het begon in 1998. Kees en Tim zaten in het Keuter Kermiscomité. Bij gebrek aan financiële middelen zochten ze een goedkope band voor de muzikale omlijsting van het koeschijten. Met hun muzikale ervaring konden ze best als duo de bühne op, vonden ze zelf. Goedkoper dan zelf spelen werd ’t niet en pielend op hun gitaren om half 4
’s nachts leek het heel wat.
Kees: “Het optreden was natuurlijk niet best dus het jaar daarna kozen we weer voor een dure band. Maar van de Dou kwamen we niet meer af.”

Grandioze potentie
De naam lag voor de hand: Duo Grent en Van Velzen, maar hé, dat is natuurlijk te simpel. We draaien alles om, besloten ze. En zo is ’t gekomen.
Het duurde even voordat ze nieuwe optredens hadden. Was ook geen must, met hun talent zou dat vanzelf wel op gang komen. En dat was ook zo. Café ’t Hoekie in Medemblik strikte het duo en ook Cees Duyn van ’t Hart van Onderdijk, nu hotel de Vooroever, zag de grandioze potentie van de mannen. Hilarische en memorabele optredens volgden.

Bert & Ernies
Tim: “We gingen meteen voor onzin. In ’t Hoekie speelden we zittend op pleepotten met onze broek naar beneden. Toen Frank erbij kwam gingen we in skittelpakken en als Bert & Ernie. Hadden we 1 Bert en 2 Ernies. Gingen we als Bert & Ernies in een bus door Onderdijk naar Vincent Haakman. Daarna met zijn allen naar de Quicksilver bar om te spelen.”
Kees: “En die keer dat we, samen met Frank, als Trio Ajax gingen. Hadden we ons haar geblondeerd. Zag er niet uit.”

Aquarium bij ’t Hart van Onderdijk
Kees: “Bij Cees Duyn sleepten we van alles mee naar binnen; bankstel, schemerlamp, tapijt. We moesten wel een eigen stijltje neerzetten. Dat ging van slecht tot nog slechter.”
Tim: “Het leek ons wel een goed idee om op te treden in een aquarium. Zetten we een groot thermopane raam neer met water tussen de glazen. Vissen van de Moel erin. Was wel zielig, die vissen konden alleen in vierkantjes zwemmen.”
Kees: “Wij kwamen op in badpak met badslippers en snorkels. Moest lijken alsof wij ook in dat aquarium stonden, maar het glas was zo beslagen dat het publiek alleen onze slippers konden zien die onder het raam door staken…”

De anekdotes vliegen over tafel, waarop inmiddels het bier is gearriveerd. Het is tenslotte vrijdag. Zelfs na 100 x herkauwen van al die herinneringen, zijn ze goed voor een lachsalvo. De band lijkt van flauwekul aan elkaar te hangen. Hoe belangrijk is de muziek eigenlijk?

Taalgrappen en gitaarriffies
Kees: “Tuurlijk, we spelen best een aardig stukkie gitaar en zingen gaat ook wel wat, maar we vinden het vooral leuk om elkaar en de mensen te vermaken. We begonnen met Engelstalige covers. Al snel gingen we eigen nummers maken. Met smakelijke teksten vol onzin, woordspelingen en taalgrappen. Die blijven wel hangen. Net als een lekker gitaarriffie en baslijntje. Daar is Alex weer erg goed in.”

Ambitieus
Alex: “Ik kwam in 2000 als bassist bij de band. Eerst alleen voor de CD, maar toen de optredens groter werden, vroegen ze me ook live mee te spelen. Dat gaf wat meer muzikale mogelijkheden. Frank en ik dagen elkaar uit. Het zijn geen hoogstaande melodieën, maar we weten er altijd wat goeds van te maken. Dat vind ik wel belangrijk. Ik denk dat ik de meest ambitieuze ben binnen de band.”

Dat laatste kunnen Tim en Kees beamen. Door de jaren heen is de kwaliteit van de muziek wel verbeterd. Mede dankzij Alex en later Harm Steltenpool op piano en de koortjes van de Douettes Els van der Lubbe en Marit Verdonschot. Een compleet geluid van een complete band.

Lui en arm
Kees: “Voor ons is kwaliteit ondergeschikt. Tim en ik zijn van de teksten. Die bedenken gaat zo’n beetje vanzelf. Dan is er een domme opmerking die blijft hangen waar we dan woordgrapjes op verzinnen. Voorwaarde is dat het grappig is en dat tekst en muziek elkaar een handje geven. Maar nu hebben we al jaren een writersblock. En we zijn lui.”
Tim: “Wij zeggen altijd: bel ons, wij bellen u niet.
We kunnen het rijk worden echt nog wel tegengaan hoor. Doen we ook ons best voor. Zo waren we sponsor van de Standvogels. Beloofden we 2 euro per doelpunt dat seizoen. Dat zou zo’n vaart niet lopen, maar de club won steeds met 10 doelpunten en meer. Moesten we 400 euro aftikken. Dat hadden we als band niet. Toen belden we Wilma van de Welkomst om een optreden los te peuteren. ‘Ach Wilma wat heb je mooi haar, kunnen wij spelen voor 400 gulden?’”

CD succes
Alles wat ze meemaken inspireert weer tot het schrijven van meesterlijke nummers én maar liefst 3 CD’s, geproduceerd in 2000, 2004 en 2007.
Kees: “Wij dachten: niemand luistert dus we kunnen wel een CD opnemen. Met alles erop en eraan in de studio in Andijk, nieuwe nummers en een professioneel ontwerp voor de hoes. We hadden ook een heuse CD presentatie gepland.”
Tim: “Die was op zondag, maar een paar dagen daarvoor hadden we nog geen CD’s. De master lag nog in Groningen. Kwam niet goed. Belden we Jacques Hermans, hij had contacten bij EMI Music en heeft ons geholpen.”
Kees: “Moesten we een hele tour maken door Nederland, van Groningen naar Uden en weer terug. Voor 500 CD’s. We verkochten er 25.”
Tim: “Maar we hebben op Spotify inmiddels wel 1350 luisteraars per maand. Toch top die mensen die de moeite nemen om door de zure appel heen te bijten.

Drijfstrontpop
Hoe serieus ze zichzelf ook nemen, of niet, ze zijn beroemd en berucht in heel West-Friesland. Met name in Onderdijk, Wervershoof en Nibbixwoud.
Tim: “In Nibbik hebben we veel fans. Stalkers ook. Die kwamen op de fiets naar Onderdijk om te kijken waar we wonen. Later zochten ze ons op in een caravan met bar erin, wij daar te zuipen. Gezellig met die Nibbik’ers. We speelden daar een keer op Drijfstrontpop, in een boerderij in de koegang. De koeien eruit, wij erin. Stonden we daar tussen de stront en vliegen. De plopkappen van de microfoons stonken weken later nog.“

Vlietpop
Over drijven gesproken. Naast een groot repertoire van spitsvondige nummers, zijn ze verantwoordelijk voor het ontstaan van een populair evenement op de Vliet: Vlietpop. Inmiddels ten onder gegaan aan hun eigen succes.
Tim: “We speelden altijd op de gekste plekken: in pleepotten, roeiboten, zeepkisten. David Commandeur hier uit Keut kwam met het idee om dat te doen in een schuit, met de apparatuur op een ponton. Zo ontstond de eerste Vlietpop in 2000. We hielden het vol tot 2016 tot ook wij ten onder gingen aan ons eigen succes. Het evenement werd zo groot dat we aan te veel regels moesten voldoen. Toen ging de stekker eruit.”

Rolling Stones en André Hazes
Kees: “We traden in 2004 een keer op in het Olympisch Stadion. Twee voetbalploegen uit de buurt, Opperdoes en Oostwoud, speelden daar een wedstrijd. Wij stonden op de koninklijke tribune voor een bijna leeg stadion. Er waren 25 mensen denk ik; de elftallen en trainers. Maar het was wel te gek, want tot dat moment hadden alleen de Rolling Stones en André Hazes daar opgetreden. Toch een mooi rijtje om in thuis te horen.”

De Dou in Delft
Hun ongeëvenaarde succes reikt zelfs tot aan Delft waar ze sinds 2010 eens per jaar spelen voor Studentenvereniging Nova. Een fan uit Medemblik studeerde daar en nam een CD’tje van de Dou mee. Het was direct een hit.
Kees: “Ieder jaar spelen we in de kelder van de sociëteit. Sjouwen ze een hele Dixie mee naar beneden, past leuk bij ons liedje over de Dixie. Het is voor ons een mooi banduitje, we krijgen eten en de overnachting vergoed. Hoe het eraan toe gaat? Altijd een gekkenhuis, maar ‘what happens in Delft, stays in Delft’.
Toen we tijdens carnaval in ’t Fortuin speelden kwam er een hele bus vol uit Delft voor ons. Op 8 september komen ze ook.”

De Dou over de grens
Tim: “We hadden ook succes in het buitenland. Patrick ter Wee regelde dat we op de Musik Messe in Duitsland konden optreden. Liepen we daar te verkondigen: ‘Wir sind grosse Sterren aber wir sinds so gewohn gebleben.’ Bleek later dat Sterren (Stirn) voorhoofd betekent…”
Kees: “Maar tussen grote sterren hebben we wel gespeeld. In 2005 speelden we naast Kensington. Toen nog onbekend. We vonden het nog zo’n rare naam. En afgelopen Dijkpop droeg Goldband een voetbalshirt van Strandvogels, met de Dou erop natuurlijk. Dat is toch geinig.”

Meer optredens
Hoewel de vele verhalen anders doen vermoeden, traden de heren maar een keer of 4 per jaar op. Pas na corona neemt het aantal optredens toe. Waarom? Misschien omdat de behoefte aan grote festivals verderop is verschoven naar kleinschalige optredens in de eigen regio. Zo stond de band recent in Van Rooijen en in Hèt Café van Wervershoof. Bij Hèt Café was het afgeladen vol. Juist ook met jong publiek.

Jonger publiek
Kees: “Mijn dochter was er ook en die neemt dan weer haar vrienden mee. Die zingen alles mee.”
Alex: “Mijn kinderen zijn nog te jong voor de kroeg, maar ik merk wel dat zij naar onze liedjes luisteren. Zoon Huub was voor het eerst begeleider bij de kindervakantiespelen. Stond iemand van de leiding met een hamer als microfoon Bruine Bonen te zingen. ‘Dat is van mijn vader’, zei Huub. Hij vroeg me of we voor de leiding op de Westrand wilden spelen. Dat hebben Kees, Frank, Els en ik toen gedaan.”

Legendarische kermissen
Spelen voor eigen publiek, het blijft toch het leukste. Zoals ook kermis vieren op eigen dorp. Tim en Kees waren niet voor niets lid van het kermiscomité. Creatief als ze zijn konden ze ook daarin helemaal los gaan. Ze hebben heel wat legendarische kermisprogramma’s op hun naam staan. Herinnert u zich deze nog? De zeepkistenrace, Dou’s Droevige Discoshow in de Welkomst waar ze platen draaiden van de kofferbakmarkt, Olga Lowina enzo. Een kroeg vol racebanen. De Slakkenrace. Russisch Roulette met cola (schudden maar!). Snoepiehap met muizenval. Pruikendag. Allemaal een plant mee-dag. En ga zo maar door.

25-jarig bestaan
Tegenwoordig zijn de bandleden, allemaal zo rond de 50, wat minder wild. Maar spelen met de Dou gaat door. Op vrijdag 8 september vieren ze hun 25-jarig bestaan én de start van Keuter Kermis bij café De Zeedijk. Ze brengen hun allergoeiste hits ten gehore, het kan niet slechter. Ook andere en startende bandjes uit Onderdijk en Wervershoof pakken die avond het podium: Circle of Music, Don’t know Wednesdays, B!tches en de DJ’s van de Picknickers. Een uitstekend begin van kermis Onderdijk, editie 2023.

Als ik na twee biertjes terugkeer naar Wervershoof – ik moet nog rijden- vraag ik me af hoe ik al deze verhalen samen ga voegen tot één artikel. De Dou is een hele krant waard. Of een boek. Over de avonturen van muzikanten, tekstschrijvers, acteurs en komedianten. Want dat alles zijn ze, deze artiesten uit Keut.

Vorig artikelTijd voor Keuter Kermis: 3 dagen feest
Volgend artikelDe jeugd van tegenwoordig over hun Keuter Kermis